IJSLAND

De Kjolur Route

home

fotos

We gaan naar IJsland, een landje dat de laatste jaren al behoorlijk over de tong ging. Eerst met z'n banken, en dan met z'n vulkaan die plots lava en as begon te spuiten, het vliegverkeer over de ganse wereld in de soep draaide, miljoenen reizigers het apezuur bezorgde en TV omroepers het schaamrood naar de kaken joeg in hun pogingen z'n naam correct uit te spreken, de Eyefjallajökull. Wij gaan er voor de paardjes en een trektocht van zuid naar noord, de Kjölur trail, de historische route die de IJslanders volgden als ze naar hun parlement, Thingvellir, reden voor de jaarlijkse vergadering.
  We worden opgewacht op de luchthaven en naar het hoofdkwartier van Ishestar gebracht. We zijn er met een behoorlijke bende want er vertrekken 3 toeren tegelijk in verschillende streken van IJsland. De onze lijkt wel de meest populaire want met 20 ruiters is hij volzet. Het is een divers gezelschap met deelnemers uit Zweden, Finland, Denemarken, Duitsland, Oostenrijk , Engeland, Frankrijk en natuurlijk wij uit België. Samen met een welkom soepje krijgen we nog een uitgebreide briefing over alles en nog wat we allemaal kunnen verwachten tijdens onze 6-daagse tocht. We overnachten in een Jeugdherberg een flink eind verwijderd uit het centrum en we laten een bezoekje aan Reykjavik voor later want de dag was lang en we rollen nogal snel onze slaapzak uit

Zondag

's Anderendaags worden alle deelnemers naar hun respectievelijke vertrekplaatsen gevoerd en voor ons is dat een grote boerderij niet ver van het toeristische Geysir, de spuiter die zijn naam gaf aan alle warmwaterboilers in de wereld. Hijzelf is reeds lang stilgevallen, maar z'n collega, Strokkur, doet nog altijd om de 10 minuten erg zijn best. We maken ook een stop aan Thingvellir, de plaats waar de oude Vikingen in de 10e eeuw al een soortement parlement hadden.
  En dan is het zover, 150 IJslandse paardjes wachten op ons. Iedereen krijgt z'n materiaal, zadel, helm, regenkledij, zadeltasssen en een paard met nog wat goede raad, en we vertrekken. Voor vandaag nog zonder de grote kudde. Kwestie van een beetje gewoon te worden aan de tölt, een unieke gang tussen stap en draf, die heel comfortabel heet te zijn en waarmee snelheden gehaald worden die je niet voor mogelijk houdt. En er wordt getölt dat het een lieve lust is. De stap hoort er eenvoudig weg niet bij. Van zodra iedereen in het zadel zit wordt er gereden in de hoogst mogelijke versnelling. Gewoonlijk is dat zo'n goed uur, en dan wordt er gestopt en krijgen de paarden de gelegenheid om te rusten (en de ruiters ook). Wij stoppen aan Gullfoss een mooie waterval. Het weer is niet ideaal voor mooie foto's, maar dat nemen we er maar bij.
  Over de Sanda rivier worden de paarden voor de nacht op een wei gezet, en het materiaal in nabijgelegen loods gelegd en wij worden terug gevoerd naar de boerderij voor nog een comfortabele nacht in kleine zomerhuisjes met douche.

Maandag

Vandaag begint de tocht dan compleet met de volledige kudde. 150 paarden bereden en onbereden, 20 ruiters, de gids en 5 IJslanders die de kudde in het gareel moeten houden. Het beloofd een speciale ervaring te worden.
  Tijd is iets waar onze IJslanders echt meer dan genoeg van hebben en niet teveel aandacht aan schenken. De voormiddag is al flink gezet als we naar de paarden gevoerd worden. Er moeten links en rechts dan nog wat ijzers opgezet worden en er wordt druk overleg gepleegd welk paard voor wie geschikt is.
  Het weer kan alle kanten uit, zonnig en bewolkt, fris windje maar droog.
  Nog iets waar hier geen gebrek aan is, zijn vliegen. Kleine exemplaren maar van het soort waar je horendol van wordt want ze hangen met zwermen rond je kop en kruipen overal waar je het niet graag hebt. Goddank is er meestal genoeg wind om de rotdingen op afstand te houden, maar de vliegennetjes die we bij hebben zijn geen overbodige luxe.
  Aan een grote open plek, wachten we de kudde op die in een lange sliert komt aangedraafd en dan vertrekken we samen, eerst de kudde, goed omringd, en dan wij, en er wordt in een fluks tempo gereden om ze bij te houden. Bij het begin van de Kjölur trail wordt even halt gehouden om een steentje bij de grote hoop te leggen als gelukbrenger voor een voorspoedige reis.
  Prachtig zicht op de Langjökull en we stoppen pas aan de oever van de rivier Hvita. Hier wordt gerust en paard gewisseld. Nu klinkt dat eenvoudiger dan het is want 20 paarden moeten uit de grote hoop gevist en gevangen worden, en IJslandse paarden mogen dan wel de reputatie hebben van zachtaardig en gewillig te zijn, ze uit de kudde halen is toch andere koek. Het wordt hier nooit echt donker en dus heb je ook veel minder benul van tijd maar het is toch redelijk laat op de avond als we aan onze bivak plaats voor vandaag arriveren, Arbùðir mountain cabin, een enkele simpele hut te midden van niets.

Dinsdag

Vandaag hebben we een lange rit voor de boeg, 45 km volgens het programma. Het is bewolkt en er staat een frisse wind. We zitten op zo'n goeie 500m boven de zeespiegel maar als de wind van de gletsjers komt brengt hij heel wat kilte mee.
  Het landschap is bijzonder ruw, grote lavavelden soms al bedekt met een dikke laag mos, nergens ook maar een struik of boom en gletsjer rivieren die zich door het landschap slingeren. Onze weg loopt langs de "vallei van de dieven" of Thjófadalir, een mooie verborgen vallei en een herinnering aan de tijd dat het binnenland vooral bevolkt werd door outlaws. De grond is hier drassig en de vallei is verboden gebied voor de kudde, die moet een andere weg nemen. We vinden mekaar terug achter de heuvel en tölten samen verder. Ons eindpunt voor vandaag is Hverravellir een geothermisch gebied, maar we stoppen een flink eind daarvandaan aan een corral voor de paarden. De ruiters wandelen het laatste stuk naar de hut en die heeft vlak er achter een warm water poel. Dat is dan ook de enige luxe, want de hut is piepklein met slechts een centrale plaats waar gegeten en geslapen wordt. Daarbij is het de gewoonte je schoenen uit te doen in zo'n hut en de ingang heeft dikwijls het uitzicht van een uitdragerswinkel.
  De buiten temperatuur is niet om naar huis te schrijven maar dat houdt niemand tegen om te genieten van een relaxerend warm bad in open lucht in afwachting van een lekkere zalmmaaltijd.

Woensdag

We komen traag op gang, het is koud en mistig, maar het klaart stilaan op en we krijgen zelfs wat blauwe lucht te zien. Deze plek was een geliefd oord voor outlaws en niet ver hiervandaan is er een grot onder de grond waar een van hen zijn schuilplaats had gemaakt.
  De rit die we vandaag voor de boeg hebben is niet zo heel lang (30km volgens het programma) maar we moeten vandaag enkele gletsjerrivieren oversteken. Het probleem daarbij is dat gletsjerrivieren een melkachtige kleur hebben, je de bodem niet kunt zien en dus ook niet kunt inschatten hoe diep het wel is en dat er een sterke stroming op staat. Een ideale combinatie voor een nat pak of minstens natte voeten.
  Maar eerst moeten we terug naar de paarden die we in een corral geparkeerd hadden. Paarden worden zoals iedere keer met zorg uitgekozen en ik krijg een mooi exemplaar, met een even mooie naam Lysingur. Dat het niet allemaal goud is wat blinkt, is snel duidelijk want als ik wil opstijgen, gaat Lysingur er als de bliksem vandoor en laat zich maar met veel moeite vangen. Een ander dan maar, eentje met een minder schilderachtige naam, Bjór of Bier. Maar Bjór doet dat niet slecht en een uurtje later staan we weer klaar voor een paardenwissel. En dit keer heb ik Silfra, weer een pracht exemplaar, donkergrijze schimmel met lichte manen en staart. Deze keer laat ik me niet meer vangen, en we gaan er met z'n allen weer met een moordvaart vandoor in tölt en galop.
  De waterstand in de gletsjerrivieren valt al bij al nogal mee, maar het blijft indrukwekkend en natte voeten hebben we allemaal, behalve dan een onfortuinlijke deelneemster, wiens paard struikelt en onderuit gaat. Gelukkig in een ondiep gedeelte en zij houdt er ook nog een natte broek aan over.
  Rond 20 uur arriveren we aan onze bivak plaats, een grote loodsachtige hut, er is geen warm water maar er is wel veel plaats.

Donderdag

De dag begint grijs en fris en er wordt zelfs gevreesd voor regen. Niemand neemt risico's en de oranje regenpakken die we bij het vertrek kregen worden uitgehaald. Eventjes lijkt het wel een supportersclub voor het Nederlandse voetbalelftal.
  Er wordt weer wat geëxperimenteerd met paarden, dit is de eerste trektocht van het seizoen en het lijkt er sterk op dat heel wat paarden worden gewogen op hun kwaliteiten voor de komende tochten. En dat valt wel 'ns tegen want Lysingur, de knaap die mij gisteren voor aap zette laat ook aan een van de IJslanders duidelijk verstaan dat ie er niks voor voelt om bereden te worden. De toekomst van Lysingur lijkt mij heel onzeker.
  We starten uiteindelijk om 13:00, in plaats van het streefuur 9:30, maar die tijd wordt snel ingelopen door het tempo dat aangehouden wordt.
  Er wordt gestopt voor een korte picknick en een paardenwissel. En dat paard heet Flói, en hij kent maar een gang, een hele snelle tölt en niks anders. Alle pogingen om hem iets trager te laten lopen worden ontvangen met een verontwaardigd en woest hoofd schudden en dus laat ik hem "rustig" zijn gang gaan en ik kom ver voor de anderen aan bij de hut waar we stoppen voor vandaag. Deze hut is voorzien van alle comfort, er zijn 2 douches en iedereen kan "uitgebreid" douchen gedurende 3 minuten. De lucht is helemaal opgeklaard en we kunnen genieten van een mooie midzomernacht zon. Je moet er wel laat voor opblijven of speciaal voor opstaan, maar het resultaat loont de moeite.

Vrijdag

Ik had stiekem gehoopt dat deze dag ongemerkt zou voorbijgaan, mijn verjaardag weetuwel, maar dat is buiten de waard en mijn mederuiters gerekend. Zelden "happy birthday" in zoveel verschillende talen weten zingen.
  En daarbij is het ook de laatste dag van deze trektocht. Het landschap veranderd stilaan, het wordt iets heuvelachtiger en de lavavelden worden ingewisseld voor groenere valleien.
  We hebben een laatste paardenwissel en ik krijg opnieuw Flói om de rit te beëindigen. Het lijkt wel of de paarden weten dat het einde van de tocht nabij is want ze staan allemaal kittig. In het geval van Flói is dat in de overtreffende trap en ik moet een paar keer aan de noodrem trekken om te beletten dat hij er als een haas vandoor gaat. We arriveren aan het eindpunt, een grote corral waar de paarden blijven in afwachting van de volgende tocht dit keer naar het zuiden. Tijd voor een laatste groepsfoto en dan de bus op die ons enkele kilometers verder naar een camping brengt bij Varmahlið.
  Vanavond "groot" afscheidsdiner, iedereen krijgt nog een herinneringsdiploma en T-shirt en morgen worden we teruggebracht naar Reykjavik voor de terugvlucht naar de respectievelijke landen.
  Mooi einde voor een mooie tocht.